Ook de pers had weer alle aandacht voor her verloop van de restauratie
Onderstaand het stukje dat de volgende dag in het Noordhollands Dagblad stond
Martin Menger
HOOGWOUD
Sommige mensen hebben moeite om een draad door een naald te rijgen. De mannen van Winder Limmen redden dat moeiteloos, maar dan in het groot. Dinsdagmiddag werden de twee stalen roeden van elk 22 meter ’effies’ in het wiekenkruis van korenmolen De Lastdrager in Hoogwoud getild.
De telescoopkraan kon het gewicht van de stalen roeden met gemak aan. Toch stonden bestuursleden van de stichting De Westfriese molens en molenaar Kees Mens met lichte spanning toe te kijken. Want het blijft intens, het moment waarop alle voorbereidingen worden ingewisseld voor dat ene moment.
’Showroomstaat’
De Lastdrager is een meelmolen, die stukje bij beetje weer in ’showroomstaat’ wordt gebracht. De renovatie van het monument vordert gestaag. Rond het middaguur is molenaar Mens al paraat, om met anderen alvast een grote partytent neer te zetten op het parkeerterrein.
Want er wordt gezelschap verwacht, voor het vrolijke moment. De heren van Winder Limmen zijn al druk bezig met de stroppen, en het stempelen van de kraan.
Er ontstaat enige vrolijkheid, wanneer blijkt dat de afstandsbediening (!) van de grote kraan plotseling ook effect heeft op de kleinere bouwkraan die pal naast de molen staat. Kordaat technisch ingrijpen voorkomt een ingewikkeld en vooral ongecontroleerd kranenballet.
De eerste stalen roede hangt aan de hijskraan, klaar om aan de molen De Lastdrager te worden gehangen.
Foto: Marian Swart
Bestuursleden van eigenaar stichting De Westfriese Molens komen er ook bij, net als collega-molenaars uit de regio. Daaronder ook Johan Ooijevaar, de man die op oudjaarsavond moest toekijken hoe de meelmolen Ceres in Bovenkarspel in de brand vloog. Hij kwam toch even zelf kijken: ,,Want dit gun je elkaar, zoiets moois als nieuwe wieken.”
Wrang
Voorzitter Bart Slooten van de stichting memoreert ook hoe wrang dit is dat de ene dag het feest is omdat het wiekenkruis weer wordt aangebracht, terwijl dezelfde groep een dag later waarschijnlijk toekijkt hoe in Bovenkarspel de wieken er af gaan.
,,Maar we zetten vol in op restauratie”, aldus Slooten. ,,Dat zal uiteraard een kwestie van veel geld worden. Maar dat was het hier in Hoogwoud ook. En we komen er wel uit.”
De eerste stalen roede gaat langzaam omhoog. Achthonderd kilo schoon aan de haak, en gemaakt in Opmeer, bij de firma Blom. Het puntje van het stalen gevaarte bungelt even boven de dikke as, waarna de machinist de lange, holle balk behoedzaam op z’n plekje in het dikke wiekenkruis plaatst. Met forse klappen wordt de boel vastgeklemd, en gaan een paar buitenformaat stalen bouten er achteraan.
Boven in de molenkap is het luik al open en komen helpende handen van pas. Even later komt de tweede 22 meter lange stalen balk op z’n juiste plek terecht. Molenaar Mens staat glunderend te kijken, hoe zijn molen weer een ’gevlucht’ krijgt, en weer compleet wordt. ,,Ik hoop echt dat het allemaal uitgebalanceerd is, dat ’ie straks mooi en trillingsvrij draait.”, zegt hij.
De buren zijn net zo blij, nu de hijsklus achter de rug is: ,,hier wordt je vrolijk van, wanneer de molen straks weer draait.”